Verg,,17, Jtpr 11 19^-0,
279
Dat verschillende ingezetenen van Ginneken £n Breda
een positie of betrekking bekleeden, waardoor belasting
derving voor deze laatste ontstaat, mag dan ook als
het zwaarstwegend argument voor deze hernieuwde grens
wijziging voor Breda worden aangevoerde,
Waarom werden de na 1 Mei I927 verlegde grenzen met
overvloed van bouwterreinen niet onmiddellijk benut?
Was de Boeimeerpolder tijdig ontsloten geworden, zeer
zéker zou de toeloop naar onze gemeente niet zoo groot
geweest zijn0
Dat de financiën bij deze grenswijzigjng een groote
rol, zoo niet deiéioofdrol spelen, komt wel zeer duidelijk
naar voren, mijnheer de Voorzitter, wanneer men het
Raadsverslag van Breda van 9 en 10 April jc-ls, gooals
dit de plaatselijke pers te lezen gaf, nagaat.
De gevoerde debatten hadden dan ook hoofdzakelijk
betrekking op de gemeente Ginneken. Ik hoop, mijnheer
de Voorzitter, dat de Minister en Gedeputeerde Staten
van de notulen dezer vergaderingen goede nota zullen
Bij de ruim 12000 inwoners van Ginneken, die Breda
in zijn verbeelding reeds onder de zijnen ziet gerang
schikt, zal dan ook dekking worden gezocht om zoodèende
het mlllioenenplan cp te lossen, waarbij Ginneken zoo'n
groot belang schijnt te hebben»
De ontwatering van Mark en Molenlei schijnt voor
Breda een zeer gewild probleem te zijn om een grenswij
ziging te forceerena Wat het beruchte Leitje betreft,
nemen.
is