Mocht de gemeente Breda op basis van het hieronder uiteen gezette voorstel niet genegen zijn een overeenkomst te treffen, dan kan te allen tijde de beslissing van den Commissaris der Ko ningin worden ingeroepen. Wij stellen Uwen raad voor ons te machtigen als volgt aan Breda voorstellen te doen. De grenswijziging per 1 Januari 194?- is geheel uitgevallen in het voordeel van de gemeente Breda. Door de omstandigheid, dat de overgegane publiekrechtelijke gebouwen toevallig op het grond gebied van Breda waren gelegen konden deze door Breda worden over genomen tegen het schuldrestant (meestal rustte zelfs geen schuld restant meer op die objecten) In feite komt het hierop neer dat deze gebouwen nagenoeg gratis aan Breda moesten worden afgestaan; dit geldt o.a. voor het gemeentehuis, gebouw gemeente-reiniging, politie-bureau, brand spuithuizen e.d. Daar geen dezer gebouwen op het grondgebied van de gemeente Beek N.B. waren gelegen moet deze gemeente thans zich geheel nieuwe gebouwen verschaffen. Hadden de hier genoemde gebou wen toevallig op het grondgebied van de gemeente Beek N.B. gestaan dan had Beek N.B. die gebouwen nagenoeg gratis verkregen en waren haar alle kosten gespaard gebleven. Dit in aanmerking nemende zou het niet juist zijn indien Breda b.v. aan Beek N.B. zou uitkeeren de geschatte waarde der naar haar overgegane publiekrechtelijke gebouwen. In financieel op zicht zou dit nadeelig werken, daar deze geschatte waarde vrij laag zal zijn. Wij meenen een gezonde maatstaf te hebben gevonden als volgt Breda behoudt de eigendom der overgegane gebouwen. Deze worden e- venwel geschat en de totale waarde wordt over Breda en Beek N.B. verdeeld in verhouding tot het zielental dat van de voormalige ge meente Princenhage naar elk der beide gemeenten is overgegaan. Gelijke verdeeling heeft plaats van die publiekrechtelijke gebou wen, die op het grondgebied van Beek NBwaren gelegen. Deze "be dragen worden tusschen de beide gemeentenverrekend. Vervolgens kan men zich op het standpunt stellen, dat de voormalige gemeente Prin cenhage overgaat tot den bouw van een nieuw gemeentehuis met bij- behoorende gebouwen, doch thans in de kom van Beek N.B De finan- cieele verrekening der hierboven reeds omschreven kosten kan dan niet anders luiden dan: verrekening op basis van het inwonertal, dat van Princenhage res pectievelijk naar Breda en Beek N.B. is overgegaan. De bouwkosten van Beek N.B. zuilen dan resumeerend bedra.gen: inwonertal Beek N.B. per 1.1. '12 v tnr„nori inwonertal Princenhage per idem routen.,^osxen, verminderd met het bedrag, dat van de gemeente Brede, wordt ontvan gen als voordeelig saldo voortvloeiende uit de verrekening van de geschatte waarde der overgegane publiekrechtelijke gebouwen. Het komt ons voor, dat deze maatstaf billijk is en volkomen aan het rechtsgevoel beantwoordt. Indien Uwe raad zich hiermede ac- coord kan verklaren zou op basis hiervan het overleg met de ge meente Breda. kunnen worden aangevangen. Doordat de plannen voor den raadhuisbouw zich nog in het prille stadium van voorbereiding be vinden is het niet mogelijk, zoals uit het bovenstaande moge blij ken, Uwe raad afgeronde en met cijfers gemotiveerde voorstellen te doen. Dit is ook niet de bedoeling van ons college. Met het boven staande wordt beoogd Uwen Raad een expose te geven van de vraagstuk ken welke zich in deze materie voordoen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1945 | | pagina 30