Bijzondere tijden eischen bijzondere maatregelen. Wij ontveinzen
ons echter niet, dat een verordening als hierboven bedoeld een
ernstige aantasting van het eigendomsrecht in het algemeen betee-
kent. Slechts door een juisce afwegen van belangen kan worden be
reikt, dat het hoogste belang komt bovendrijven. Dat hierdoor
soms inbreuk op het eigendomsrecht van een derde moet worden ge
maakt is te betreuren, doch vormt geen verschooningsgrond om het
algemeen belang daardoor uit het oog te verliezen.
Los van het bovenstaande staat de vorderingsbevoegdheid
woonruimte bij wettelijk voorschrift toegekend aan den Burgemees
ter. Krachtens deze regelen is de Burgemeester bevoegd om in ge
vallen van dringende noodzaak ten behoeve van personen of gezin
nen die niet in eigen huisvesting kunnen voorzien de noodige woon
ruimte te vorderen.
De navolgende opstelling is derhalve te maken:
a. aangifteplicht woonruimte
b. toewijzing woonruimte alleen door het gemeentebestuur;
c. vorderingsbevoegdheid van den Burgemeester in geval van dringen
de noodzaak.
De voorschriften bedoeld sub a en b, dienen in een verorde
ning (strafverordening) te worden vastgelegd. Een ontwerp dezer
verordening voegen wij ter vaststelling hierbij* Het geheel, ge
vormd door de voorschriften sub a, b en c, bied de mogelijkheid
om voor deze gemeente het woonruimte-vraagstuk in de hand te hou
den en redelijkerwijze tot een gunstige oplossing te brengen.
De eisch, dat voor vestiging in de gemeente, komende van el
öers een zgn. vestigingsvergunning noodig is, waarbij de Burgemees
ter als advies-instantie is ingeschakeld, opent de mogelijkheid om
een overtollige vestiging van vreemden, zulks met het oog op het
woningtekort te vermijden.
BEEK N.B., 8 Mei 1946
BURGEMEESTER EN WE IS VAN BEEK N.B.,
WETHOUDER
