BIJLAGE 14. n De Raad der gemeente Beek N.B. Overwegende: dat bij zijn besluit d.d. 16 April 1945 het voorschot op de vergoeding ex art.101 der Lager-Onderwijswet 1920 over het jaar 1945 voor de bijzondere lagere scholen in deze gemeente werd vast gesteld op f 7,68 per leerling; dat dientengevolge het voorschot over 1945 werd vastgestelc voor de bijzondere lagere Jongensschool op 345 x f 7,68 f 2649,60 bijzondere lagere Meisjesschool op 342 x f 7,68 f 2626,56 Totaal f 5276,16 terwijl de vergoeding over gemeld jaar bij besluit van heden werd bepaald voor de: bijzondere lagere Jongensschool op 353 x f 7,68 f 2711,04 bijzondere lagere Meisjesschool op 362 x f 7,68 f 2780,16 Totaal f 5491,20 Gelet op art.103, tweede lid der Lager-Onderwijswet 1920; HEEFT BESLOTEN alsnog uit te betalen aan het bestuur der bijzondere lagere Jongensschool 8 x f 7,68 88 f 61,44 bijzondere lagere Meisjesschool 20 x f 7,68 f 153,60 Totaal f 215,04 GEDAAN TER OPENBARE. VERGADERING VAN DEN RAAD DER GEMEENTE BEEK N.B., DEN 5 MAART 1946. DE VOORZITTER,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1946 | | pagina 7