5. Indien enige termijn van rente en/of aflossing niet op de
verschijndag als boven omschreven mocht zijn betaald, dan
vermeerdert het niet betaalde bedrag met een boete van
per maand feen ingetreden maand als een volle berekend
en wordt het restant der schuld terstond en ineens opvorder-
baar. De debitrice zal in gebreke zijn door het enkel verloop
van de bepaalde termijn, zonder ingebrekestelling.
De Bank blijft daarenboven geheel vrij, indien enige voor
rente en/of aflossing verschuldigde som niet op de daarvoor
bepaalde tijd mocht worden betaald, onverwijld alle zodanige
maatregelen te nemen tot behoud van hare rechten of tot ver
haal van hare vordering als de wet te harer beschikking stelt
en haar nodig of nuttig zullen voorkomen.
6. Zo dikwijls dat door de Bank zal worden verlangd, zal de de
bitrice een door de Bank te verschaffen saldobiljet, ver
meldende het aan haar nog verschuldigde, zo,nodig van zegel
voorzien, tekenen en haar afgeven. =s
7. Alle rechten van zegel en registratie dezer acte en alle koste]
waartoe deze acte verdere aanleiding mocht geven, die op de
gerechtelijke en buitengerechtelijke invordering van het
verschuldigde bedrag vallen inbegrepen, waaronder ook even
tuele advocaten- en proceskosten komen ten laste van de de
bitrice. Eveneens komen ten laste van de debitrice alle be
lastingen welke bij betaling van rente verschuldigd zijn of
deswege in de toekomst nog geheven mochten worden.
Tenslotte verklaart de debitrice, dat krachtens het hiervoor
bedoelde besluit nog geen gelden zijn opgenomen, zodat de de
bitrice gerechtigd is dit geld bij de Bank te lenen.
Vastgesteld ter openbare vergadering
van de Raad der gemeente Beek N.B. op
23 October 1947.