voet en de looptijd, door de gemeenteraad voor het ver
leende voorschot vastgesteld.
Artikel 16.
1.De stichtingskosten, de rendabele bouwkosten en de niet
rendabele bouwkosten, bedoeld in de artikelen 4 en 5,
worden voor elk geval door de gemeenteraad vastgesteld,
2.De in het eerste lid bedoelde stichtingskosten en niet
rendabele bouwkosten worden in ieder geval niet hoger en
de daar bedoelde rendabele bouwkosten niet lager vastge
steld dan op de bedragen, waarop deze door de Minister
overeenkomstig de Financieringsregeling woningbouw IQ48
worden bepaald of waarvan door de Minister bij de bepaling
der jaarlijkse bijdrage overeenkomstig genoemde regeling
wordt uitgegaan.
Artikel 17.
Alle betalingen, zo van gehele of gedeeltelijke aflossing
der hoofdsom als van renten, zullen steeds kosteloos
moeten geschieden ten kantore van de ontvanger der gemeente
Beek N.B., vrij, zonder enige korting, verrekening of
vergelijking.
Artikel 18.
De hoofdsom of het restant van een verleend voorschot zijn
in het algemeen niet opeisbaar, behoudens in de navolgende
gevallen, waarin de hoofdsom of het restant daarvan dade
lijk opeisbaar zijn:
a.indien de schuldenaar enige verplichting tegenover de gemeer.
te niet nakomt, speciaal bij niet prompte betaling van de
verschuldigde renten en aflossing;
b.bij faillissement of onder curatelestelling van de schulde
naar, wanneer hij surséance van betaling aanvraagt of
het verbonden onroerend goed in beslag wordt genomen;
c.bij vervreemding van het verbonden onroerend goed, onteige
ning inbegrepen, of bij niet nakoming door de schuldenaar
van -enige bepaling der hypotheekacte;
d.wanneer blijkt, dat de verleende hypotheek niet eerste in
rang is of haar geldigheid kan worden bestreden;
e.indien de schuldenaar is strijd handelt met de bepalingen
der Financieringsregeling woningbouw 1948.
Artikel 19.
Zolang het verstrekte voorschot nog niet is afgelost rusten
op de bouwer de volgende verplichtingen, die ook gelden
voor iedere volgende verkrijger en waaraan, voorzover
betreft het bepaalde onder a, ten genoegen van Burgemeester
en Wethouders moet worden voldaan:
a.hij noet de woning behoorlijk onderhouden, haar tegen
brandschade verzekeren en verzekerd houden en grond- en
alle andere lasten tijdig voldoen; hij is verplicht aan de
gemeente de polis respectievelijk een duplicaat daarvan
en op eerste aanvraag de laatste premiekwitantie ter
inzage te verstrekken. In geval van brandschade zullen de
verzekeringspenningen worden uitbetaald aan de gemeente,
waaraan de bouwer deze reeds bij het verlijden der hypotheek
acte voor alsdan cedeert c.q. zich verbindt, deze voor als
dan te zullen cederen; de gemeente is onherroepelijk