9. De huurder kan geen aanspraak doen gelden op vermindering
van huurprijs wegens misgewas, voorziene of onvoorziene
toevallen enz.
10. Burgemeester en Wethouders kunnen een huurder van zijn
verplichtingen ontheffen, indien daartoe naar hun oordeel
redelijke termen voor aanwezig zijn.
11. Burgemeester en Wethouders laten zonder hunne schriftelijke
toestemming en onder door hen te stellen voorwaarden
niet toe dat de woning of een deel d arvan aan anderen
wordt verhuurd of voortverhuurd, dan wel andere personen
dan die, waaraan de woning is verhuurd, bij zich laten
inwonen.
12. Burgemeester en Wethouders laten het uitoefenen van enige
handel of nering in de woning niet toe dan met hunne
toestemming aan welke toestemming zij voorwaarden kunnen
verbinden.
13. Het gehuurde mag door de huurder niet worden gebezigd
voor enige reclame of propaganda, welke dan ook.
14. De zolder (vliering) is alleen voor gewoon huiselijk ge
bruik. Zonder toestemming van Burgemeester en Wethouders
mag zij niet als werkplaats worden ingericht.
15. Burgemeester en Wethouders laten niet toe dat in de woning
brandstoffen worden gehakt of gezaagd of op andere wijze
kleingemaakt, dan wel in het algemeen werkzaamheden wor
den verricht, welke schade aan de woning of de vloeren
kunnen veroorzaken.
16. Burgemeester en Wethouders laten niet, dan met hunne
schriftelijke toestemming toe, dat opstallen of opslagen
op het terrein der woning worden geplaatst, terwijl zon
der hunne toestemming evenmin een varken of ander vee,
zomede kippen en/of duiven mogen worden gehouden, met
uitzondering van een hond, kat of klein gevogelte. Het
hebben van mesthopen op genoemd terrein is verboden.
17. Burgemeester en Wethouders laten het drogen of luchten van
wasgoed buiten de ramen van de voorgevel en in de gangen
of portalen niet toe.
18. Zonder schriftelijke toestemming van Burgemeester en Wet
houders zal het de huurder verboden zijn de inrichting
van het gehuurde te wijzigen of daarin voorzieningen van
welke aard, waaronder begrepen hetbplakken van glaspapier
op ramen en deuren, aan te brengen.
19. Voor rekening van de huurder komen de kosten van water
leiding, electriciteit en ev.gas.
20. De huurder zal het gehuurde net en zindelijk moete bewo
nen en de navolgende onderhoudswerken voor zijn rekening
nemen:
a. het witten of sauzen tijdens de duur der bewoning;
b. het behangen tijdens de duur der bewoning;
c. het vervangen van gebroken ruiten, anders dan door
oorlogsschade of natuurrampen vernield;
d. de kleine reparation van hang- en sluitwerk van deuren,
ramen en eventuele luiken en blinden;
e. het onderhoud van waterleidingkranen, alsmede het
treffen van voorzieningen aan of tengevolge van bevro
ren waterleidingen;
f. het schoonhouden of ontstoppen van putten, regenbak
ken, goten, gootstenen en privaten;
g. het treffen van kleine voorzieningen aan electrische
installaties;
h. de aanleg of het onderhoud der bij de woning behorende