zover deze niet door het hoger geza£ geregeld moe
ten worden, wordt vastgesteld op de bédragen, als
in de bijlagen 110. ï,IIa en lib dezer verordening
voor iedere functie is aangegeven.
2.Burgemeester en Wethouders kunnen bepalen, dat een
ongehuwde in gezinsverband levende enige kostwinner
voor de toepassing van lid 1 met een gehuwde wordt
gelijkgesteld.
Artikel 3.
Ingeval van huwelijk ontvangt de ambtenaar een uitkering ge
lijk an het totaalbedrag dat hij voor het bereiken van de
45 jarige leeftijd in dienst dezer gemeente meer zou hebben
genoten, indien hij voor de toepassing van artikel 2 als e-
huwd zou zijn aangemerkt.
Artikel 4.
Inhouding.1. Van het aan een ambtenaar in tijdelijke dienst
toekomend bedrag aan salaris en v ste toelagen
wordt, zolang daarop niet ingevolge de Pensioen
wet 1922 pensioenpremie wordt verhaald, 1$ ingehouden.
2.Bij beëindiging van de dienstbetrekking, waaronder
mede is te verstaan aanstelling in vaste dienst,
wordt het in totaal ingehouden bedrog aan de werk
nemer of zijn rechtverkrijgenden uitgekeerd,ver
meerderd met een rente van 2% per jaar.
Artikel 5.
Neven- 1.Indien een ambtenaar meer dan een der in deze ver-
inkomsten. ordening genoemde functies bekleedt, geniet hij
slechts de hoogste der daaraan verbonden bezol
digingen.
2.Indien een ambtenaar buiten zijn bezoldiging volgens
deze verordening enige inkomsten uit arbeid, in
welke vorm ook, ten laste van een openbare kas ge
niet, worden deze inkomsten op die bezoldiging in
mindering gebracht.
3.Het in lid 1 bepaalde geldt niet voor het gelijk
tijdig bekleden van een functie ter secretarie
en de functie van secretaris-penningmeester van
het Burgerlijk Armbestuur.
4.Het in lid 2 bepaalde geldt niet voor inkomsten,
die een ambtenaar ter secretarie geniet als tweede
volgende ambtenaar van de burgerlijke stand.
Met afwijking van het in lid 2 bepaalde wordt,
indien een ambtenaar ter secretarie tijdelijk het
ambt van ontvanger waarneemt en hij de daaraan
verbonden wedde geniet, zijn salaris als ambtenaar
ter secretarie met 45% verminderd.
Artikel 6,
Periodieke De wedden van ambtenaren, die een functie bekleden,
verhogingen waaraan periodieke verhogingen zijn verbonden,
worden bij voldoende bekwaamheid, geschiktheid
en voldoende dienstijver, telkenjare totdat het
maximum is bereikt, verhoogd met bedragen, welke