1. Voor cle gebouwde eigendommen en daarbij behorende
erven, bedoeld sub a vier percent van de belastbare
opbrengst;
2. voor de ongebouwde eigendommen bedoeld sub b twee
percent van de belastbare opbrengst;
3. wanneer een straat of weg voorzien is van verlichting:
vier percent van de belastbare opbrengst;
4. wanneer een straat of v;eg voorzien is van een trottoir:
vier percent van de belastbare opbrengst;
5. wanneer een straat of weg voorzien is van riolering:
vier percent van de belastbare opbrengst.
B. Wanneer een straat of weg kan worden gerangschikt onder
twee of meer der sub A vermelde categori'ën zal het be
lastingpercentage bedragen het totaal van de belastingpercer
tages van de sub A vermelde categoriën, waaronder deze
straat of weg kan worden gerangschikt.
C. De onder sub A, sub 3 en 5 bedoelde omstandigheden worden
geacht aanwezig te zijn, indien dusdanig voorzieningen
zijn getroffen, dat deze in het algemeen, behoudens bij
zondere omstandigheden kunnen functioneren of hiervan
I gebruik kan worden gemaakt.
II. Gebouwde eigendommen en daarbij behorende erven, die 'be
lenden aan en/of in de onmiddellijke nabijheid gelegen
zijn van twee of meer in de gemeente gelegen openbare
straten of wegen en ongebouwde eigendommen, die belenden
aan en/of uitgang hebben op twee of meer in de gemeente ge
legen openbare straten of voegen, worden voor de toepassing
van artikel 4 sub 1 geacht te zijn gelegen nabij de open
bare straat of weg welke aanleiding geeft tot de heffing
van het hoogste belastingpercentage, hetwelk uit hoofde
van de hiervoren vermelde omstandigheden kan worden gehe
ven
III. Bij de beoordeling van de omstandigheden, welke van belang
zijn voor de heffing van straatbelasting, wordt uitgegaan
van de toestand op 1 Januari van het bel'stingjaar.
IV. 1. Bij de berekening van de belasting wordt een gedeelte
van een cent verwaarloosd.
2. Voor eigendommen, waarvoor de totaal verschuldigde
belasting minder dan vijf en twintig cent bedraagt,
wordt geen aanslag opgelegd.
Artikel 5.
Het belastingjaar loopt van 1 Januari tot en met 31 De
cember.
Artikel 6.
Geen belasting wordt geheven voor:
1. Ongebouwde eigendommen, waarvan de gemeente genothebiien-
de is, en gebouwde eigendommen, voor zover deze worden
gebezigd voor de publieke dienst;
2. Geoouwde eigendommen, uitsluitend dienende voor de
openbare eredienst, en daarbij behorende erven;
3. De begraafplaatsen met de aanhorige gebouwen;
4. Gebouwde eigendommen, uitsluitend dienende tot inrich
tingen tot genezing of verpleging van zieken of gebrek-
kigen voor zover daarbij geen winst wordt beoogd.