2. Dit verbod is niet van toepassing indien het vellen, rooien of snoeien geschiedt ter uitvoering van een voorschrift gegeven krachtens de Boschwet 1922. 3. Ontheffing van de verbodsbepaling, vermeld in het eerste lid, wordt alleen dan geweigerd, indien het betreft bomen of andere houtopstanden, waarvan de ongewijzigde instandhouding op zich zelf of in verband met de omgeving, uit een oogpunt van natuur schoon of ter bescherming van het uiterlijk aanzien van de kom der gemeente, van belang is. Artikel 129 wordt gewijzigd als volgt! In het eerste lid onder a wordt achter "101" ingevoegd "101a"; In het eerste lid onder c wordt achter "81", ingevoegd "102b"; In het eerste lid onder f wordt in plaats van "en 84" gelezen "84, 128a en 128b". Artikel VI DE GEMEENTERAAD VOORNOEMD

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 100