Artikel 15. Alle betalingen, zo van gehele of gedeeltelijke aflossing der hoofdsom als van renten, zullen steeds kosteloos moeten ge schieden ten kantore van de ontvanger der gemeente Beek H.B., vrij, zonder enige korting, verrekening of vergelijking. Artikel 16. Zolang het verstrekte voorschot nog niet is afgelost, rusten op de "bouwer de volgende verplichtingen, die ook gelden voor iedere volgende verkrijger en waaraan, voorzover betreft het bepaalde onder a ten genoegen van burgemeester en wethouders moet worden voldaan? a. hij moet de woning behoorlijk onderhouden; _b. hij zal de woning niet veranderen of afbreken noch haar bezwaren of er zakelijke rechten op vestigen zonder toestemming van burgemeester en wethouders, die daaraan voorwaarden kunnen verbinden; c_. hij moet de verschuldigde grond- en alle andere lasten tijdig voldoen. Artikel 17. 1. De uitbetaling van de op de voet van deze regeling te ver lenen voorschotten geschiedt na overlegging van een betalings mandaat van de architect, onder wiens toezicht de bouw plaats heeft en in de termijnen als in het bestek is bepaald. 2. Bij uitbetaling van het laatste gedeelte van het voorschot vindt verrekening plaats van de tot op die dag verschenen rente van de vroeger uitbetaalde gedeelten van het voorschot. Par.3. Bijzondere bepalingen, geldende bij waarborging van geld leningen, verstrekt door bouwkassen. Artikel 18. 1. De gemeente kan aan bouwkassen waarborgen te tijdige betaling van rente en aflossing van geldleningen, door bouwkassen aan bouwspaarders te verstrekken, en wel voorzover de te verstrekken geldlening het verschil tussen stichtingskosten enrijkspremie niet overschrijdt en mits: a_. de deelnemer tenminste drie jaren deelnemer (spaarder) is bij de bouwkas; b_.de deelname bij de bouwkas tenminste een derde bedraagt van de stichtingskosten; c_. van de deelnemer bij de bouwkas aanwezig is een spaartegoed ten bedrage van tenminste 20fo van zijn deelname bij de bouwkas. In bijzondere gevallen kan van de eis, hierboven genoemd onder a worden afgeweken. 2. De in het eerste lid bedoelde borgtocht wordt slechts verleend indien en voorzover: _a. de geldlening door de bouwkas wordt verstrekt onder verband van eerste hypotheek; b_. aan de geldlening tenminste gelijke bedingen verbonden zijn als waaronder op de voet van het bepaalde in par.2 door de gemeente rechtstreeks voorschotten worden verstrekt; c_. de voor de geldlening verschuldigde rente niet meer bedraagt dan 3jfo 's jaars, in welk percentage mag zijn begrepen een op slag voor de door de bouwkas aan de bouwspaarder door te bere kenen kosten; _d enz. zie bladzijde hiervoor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 116