BIJLAGE 94
De Raad der gemeente Prinsenbeek;
Gezien liet verzoekschrift dd. 26 Januari 1951 v&n het Bestuur
der bijzondere lagere meisjesschoolalhier, om vergoeding van het
salaris der aan die school verbonden vakonderwijzeres in de vakken
K en U;
Overwegendei
dat aan de betrokken school 9 leerkrachten werkzaam zijn, waarvan
er 8 bevoegd zijn tot het geven van onderwijs in het vak K, nuttige
handwerken voor meisjes en dit aantal ruim voldoende wordt geacnt om
in de behoefte van dit onderwijs te voorzien, zoals ook reeds in
beroer werd beslist door Gede uteerde Staten van Noord—xsraoani<, dd.
27 December 1950, G no.27844 S.B.;
dat daarentegen -blijkens advies van de Inspecteur van het Lager
Onderwijs te Sreda in de behofte van het geven van onderwijs in van U_,
vrouwelijke handwerken, aan die school, speciaal wat betreft net
v.g.l.o. in de 7e en 8e klasse niet in voldoende mate is voorzien en
het noodzakelijk moet worden geacht dat daaraan de in het verzoek
schrift genoemde vakonderwijzeres Lucia 0.van nundert, als assistente
bij het onderwijs in van U wordt toegevoegd;
Gelet op art.101 bis, vierde lid, der L.O.wet 1920;
aan het Bestuur der bijzondere lagere meisjesschool te Prinsen
beek voor het jaar 1951 te vergoeden de beloning der aan die school
verbonden vakonderwijzeres Lucia C.van Zundert, voor zover betreft
het vak U vrouwelijke handwerken, welke beloning is te stellen op
HEEFT BESLOTEN:
3j x f90f.337,50.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente
Prinsenbeek in zijn openbare vergadering van
Voorzitter
Secretaris.
