BIJLAGE 126.
VERORDENING, houdende vaststelling van het
vermenigvulligingscijfer voor het school
geld gewoon lager en voortgezet lager onder
wijs over het schoolgeldjaar 1951/4952
De Raad der gemeente Prinsenbeek;
gelet op het koninklijk besluit van 20 November 1945 (No.F.294)
houdende vaststelling van het tijdelijk besluit schoolgeld lager onder
wijs 1945;
besluit s
het vermenigvuldigingscijfer, bedoeld in artikel 8, vierde lid
van bovengenoemd koninklijk besluit, te beginnen met het op 1 Septem
ber 1951 aanvangende schoolgeldjaar, voor zoveel betreft het gewoon
lager en voortgezet lager onderwijs in de gemeente, vast te stellen
op twee (2)
Prinsenbeek, 17 Juli 1951»
DE RAAD VOORNOEI®,
oorzitter.
1 Af/£Secr«t
ans.
MEMORIE VAN TOELICHTING
Overeenkomstig de aan noodlijdende gemeenten verstrekte richt
lijnen is het vermenigvuldigingscijfer voor het schoolgeld gewoon en
voortgezet lager onderwijs 1954/4952 bepaald op twee (2).
Aan de hand der over 1950/4954 bekende cijfers was de opbrengst
ruim f.3.000,
Vooralsnog achtte de raad geen termen aanwezig een hoger verme
nigvuldigingscijfer vast te stellen, aangezien de opbrengst een billijke
bijdrage betekent in de voor rekening der gemeente blijvende kosten
over 1954, zijnde:
a) vergoeding artikel 101 L.O.wet 1920 f. 19*800,
b) uitkering aan andere gemeenten ing. titel VA
L.O.wet 192$) 598,
c) vergoeding aan schoolbesturen ing. art.205 11 1*137,50
Totaal f. 21.535,50
Te verminderen wegens uitkeringen van andere
gemeenten ing. titel VA L.O.wet 1920 230,
Blijft f. 21.305,50
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN PRINSENgJCEK,
DE SECRETARIS-,
