Artikel 9 1. Als de ingevolge art.21, lid 1, sub b van de Vleeskeuringsv/et (S.1919» no.524) te bepalen plaatsen, waar het ondersoek, bedoeld in art.8, lid 1, van die Wet, zal plaats hebber, worden door elk der deelnemende gemeenten aangewezen het openbaar slachthuis te Breda. 2. Als inrichtingen voor het verrichten van noodslachtingen en als in richtingen waar voorwaardelijk goedgekeurd vlees onder toezicht kan worden verkocht - met uitsluiting van andere f door elk der deelnemen de gemeenten aangewezen de inrichtingen, genoemd in art.5 onder a en b. De Commissie van Advies Artikel 10. 1. Er is een Commissie van Advies, welke is gevestigd ten gemeentehuize van Breda. 2. Deze commissie bestaat uit: a. het door het gemeentebestuur van Breda bijzonder met de zaken, ra kende het slachthuis belaste lid van dat College. b. de Burgemeester van elke kringgemeente of een dooi" hem aan te wij zen vertegenwoordiger. De onder a en b genoemde personen kunnen zich ter vergadering door een ambtenaar doen bijstaan. 9. De veterinair Inspecteur van het Staatstoezicht op de Volksgezondheid, onder winns ambtsgebied de keuringskring ressorteert, kan voor de ver gadering der Commissie worden uitgenodigd. Hij heeft daarin adviseren de stem. Het hoofd van de Vleeskeuringsdienst Breda heeft ambtshalve zit ting in de Commissie, eveneens met adviserende stem. 4. Als voorzitter van de in lid 1 bedoelde commissie treedt op het in lid 2 onder a genoemde lid van het College van Burgemeester en Wethouders van Breda. Artikel 11. Tot de taak van de Commissie behoort - voorzover al niet uitdruk kelijk in deze regeling bepaald - het op verzoek of op eigen initia tief uitbrengen van adviezen betreffende aangelegenheden, de Vlees keuring- in de kring betreffende. Artikel 12. 1. De Commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter dit nodig oor deelt, doch tenminste éénmaal per jaar, zulks ter bespreking van de toestand van de vleeskeuring in de kring. 2. De voorzitter is voorts gehouden de Commissie bijeen te roerpen binnen een maand, nadat een daartoe strekkend schriftelijk verzoek is inge komen van tenminste drie leden der Commissie. Het verzoek bevat de reden, waarom bijeenroeping verlangd wordt. 5» Voor het bijwonen van een vergadering van de commissie geniet ieder lid, behalve vergoeding van gemaakte reiskosten, een vergoeding voor verblijfkosten van f»5>"ten laste van de dienst. Artikel 13 1. Burgemeester en Wethouders van de centrale gemeente zenden jaarlijks vóór 1 Juni aan de commissie van advies, bedoeld in artikel 10 van deze regeling, een opgaaf van de te verwachten inkostem en uitgaven voor het volgend dienstjaar, vergezeld van de nodige toelichting. 2. De Commissie doet haar zienswijze omtrent die opgaaf aan Burgemeester en Wethouders van de centrale gemeente kennen binnen vier weken na de in het vorig lid bedoelde toezending.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 19