BIJLAGE 184.
Prinsenbeek, 29 Mei 1952.
Aan de Raad.
Onderwerp:
Aanpassing bouwerordening
aan Ministeriële voor
schriften en wenken.
Bij beschikking van de Minister van Wederopbouw en Volks
huis vesting zijn per Februari 1951 de voorlopige wenken voor het ont
werp van eengezins- en meergezinshuizen voor premie- en woningwetbouw
ingetrokken en vervangen door de voorschriften en wenken voor het ont
werpen van woningen 1951.
Laatstgenoemde voorschriften en wenken wijken in vele op
zichten af van de voornaamste voorschriften en bepalingen, vastgelegd
in de plaatselijke bouwverordening in dier voege, dat de eerste meestal
minder zware eisen stellen en daardoor een verlaging van de bouwkos
ten tot gevolg hebben.
Bij de beoordeling van bouwplannen voor premie- en woning
wetbouw blijkt meerdere malen, dat door vele architecten bij het ont
werpen van de plannen wel rekening is gehouden met de wenken, doch
niet met de zwaardere eisen van de plaatselijke bouwverordening. Dit
brengt vaak ernstige vertraging, wijziging der plannen en verdere
moeilijkheden mede, omdat, als de bouwerordening zwaardere eisen stelt
dan de wenken, deze zwaardere eisen in aanmerking genomen moeten worden.
In verband hiermede is door Bouwtoezicht West-Brabant een
opgave gedaan op welke punten de bouwverordening in overeenstemming
dient te worden gebracht met de ministeriële voorschriften en '.venken.
Deze punten zijn grotendeels in bijgaande concept-wijzigingsverorde
ning verwerkt, doch bij sommige artikelen -waar door de bouwerordening
minder zware eisen worden gesteld - is van het voorstel van Bouwtoe
zicht West-Brabant afgeweken.
Bovendien is de voorgestelde wijziging van artikel 62, 4e
lid, der bouwverordening dezerzijds nog aangevuld met een bepaling,
waardoor de mogelijkheid wordt geopend tot het gebruik van andere dan
houten dakelementen.
De voorgestelde wijziging houdt ook in, dat in nieuw te
bouwen woningen voortaan privaten met waterspoeling moeten worden aan
gebracht, tenzij voor de betreffende woning de verplichting tot aan
sluiten op de drinkwaterleiding niet bestaat.
De door Bouwtoezicht voorgestelde wijziging van artikel 89
der bouwverordening is niet overgenomen, (har de eis om alle bestaande
woningen te doen voorzien van een privaat met waterspoeling voor deze
gemeente te zwaar moet worden geacht. Weliswaar 0eeft het 2e lid van de
voorgestelde wijziging van artikel 89 aan Burgemeester en Wethouders de
bevoegdheid om ontheffing van dit voorschrift te geven, doch wat heeft
het voor zin een bepaling' op te nemen, waarvan is te voorzien, dat in
practisch alle gevallen ontheffing dient te worden verleend.
Wel is overgenomen de uitbreiding van de verplichting tot
aansluiting van bestaande woningen op de drinkwaterleiding. Thans
geldt deze verplichting indien een woning op een afstand van 25 meter
is veiwijderd van een huis der drinkwaterleiding of van de as van de
weg, waarin ter plaatse zo'n buis aajQwezig is; voorgesteld wordt om
deze afstand van 25 M te vergroten totNIO meter.
BURGEMEESTER EU WETHOUDERS VAN PRINSENBEEK,