van vrijstelling mogelijk op voorwaarde, dat het privaat wordt voor.
zien van waterspoeling en van een ventilatiekanaal, dat over zijn gehe-"
le lengte een inwendige doorsnede heeft van tenminste 0,20 M en dat ten"
hoogste 0,20 M lager uitmondt hoven het dak, dan artikel 71 -ten aan-
zien van door een plat respectievelijk hellend, met onbrandbaar materi-"
aal gedekt, dak gaande rookkanaal- wordt geëist.
4_. Een privaat moet van waterspoeling z'jn voorzien, tenzij het betreft"
een privaat, behorende bij een woning, waarvan de verplichting' tot aan-"
sluiting aan de drinkwaterleiding, als bedoeld in artikel 38, lid 3 de-"
zer verordening, niet bestaat.
jj. Van het bepaalde in lid 4 is vrijstelling mogelijk voor een privaat
behorende bij een woning, welke buiten de bebouwde kom en het door het
uitbreidingsplan in onderdelen bestreken gebied is gelegen, voor zover
de lozing uitsluitend geschiedt op "een privaatput zonder overstort".
Artikel IV.
Axh Artikel 38, 5e lid vervalt en wordt vervangen door de vol." end e bepaling
3. a. Het in lid 1 bedoelde middel tot drinkwatervoorziening moet be-
staan in een aansluiting op de drinkwaterleiding van de B.V.Y/ater-
leiding Ivlaatschappij "Boord-West-Brabant" indien eni^ gedeelte van
de woning niet meer dan 40 M is verwijderd van een buis dier water
leiding of van de as van de weg, waarin ter plaatse een zodanige
buis aanwezig is. Deze afstand wordt gemeten over de kortste weg,
langs welke een aansluiting' zonder overwegende bezwaren kan worden
gemaakth
b. Indien na de inwerkingtreding van dit lid een buis van de drink
waterleiding is gelegd, zodanig, dat enig deel van een, op het
ogenblik van het aanleggen van öe buis, in uitvoering zijnde, res
pectievelijk daarna in uitvoering komende woning niet meer dan 40
M verwijderd is gelegen, respectievelijk komt te liggen van die
buis, of van de as van de weg, waarin die buis is gelegd, moet die
woning zijn aangesloten binnen 6 maanden na het tijdstip, waarop
die buis in gebruik is gesteld".
Artikel V.
Artikel 62, 4e lid vervalt en wordt vervangen door de volgende bepaling:
4. a. Behoudens de mogelijkheid tot ontheffing door Burgemeester en Wet-"
houders tot het le gen van dakdelen met een dikte van 0,018 M,
moeten de dakdelen tenminste 0,022 M dik zijn en in beide geval-
len met messing en groef in elkaar sluiten en voorzien zijn van de"
nodige tengels".
b. Van het bepaalde in het vorig lid kan door Burgemeester en Wethou-"
ders ontheffing worden verleend ten aanzien van het toepassen van
andere dakelementen mits hiervan de deugdelijkheid vooraf wordt
aangetoond"
Artikel VI.
het 2e lid van artikel 65 wordt genummerd "2a" en het wordt aangevuld met
een nieuw lid, luidende:
b. Van het bepaalde in dit lid is vrijstelling mogelijk ten aanzien van
boerderijen".
Artikel VII.
Het 3e lid van artikel 90 vervalt en wordt vervangen door de volgende be
paling'.
3» Het bepaalde in artikel 38, leden 2 en 3? sub a, alsmede in artikel
39 is eveneens op bestaande alsook op vóór het leggen van de buis ge-"