400,--
1.137,50
BIJLAGE 19?
VERORDENINGhoudende vaststelling van het
vermenigvuldigingscijfer voor het school
geld gewoon lager en voortgezet lager onder
wijs over het schoolgeldjaar 1952/1953»
De Raad der gemeente Prinsenheek;
gelet op het koninklijk besluit van 20 November 1945 (no.F 291)
houdende vaststelling van het tijdelijk besluit schoolgeld lager onder
wijs 1945;
besluit
het vermenigvuldigingscijfer, bedoeld in artikel 8, vierde lid van
bovengenoemd koninklijk besluit, te beginnen met het op 1 September
1952 aanvangende schoolgeldjaar, voor zoveel betreft het gewoon lager
en voortgezet lager onderwijs in de gemeente, vast te stellen op twee
Prinsenbeek, 3 Juli 1952.
RE-RAAD VOORNOEMD,
MEVORIE VAN TOELICHTING
Overeenkomstig de aan noodlijdende gemeenten verstrekte richtlij
nen is het vermenigvuldigingscijfer voor het schoolgeld gewoon en voort
gezet lager onderwijs 1952/1953 bepaald op twee (2).
Aan de hand der over 195l/l952 bekende cijfers was de opbrengst
ruim f.3000,
Vooralsnog achtte de raad geen termijnen aanwezig een hoger ver
menigvuldigingscijfer vast te stellen, aangezien de opbrengst een bil
lijke bijdrage betekent in de voor rekening der gemeente blijvende kos
ten over 1952, zijnde:
a) vergoeding artikel 101 L.O.wet 1$20
b) uitkering aan andere gemeenten ing. titel VA
L.O.wet 1920
c) vergoeding aan schoolbesturen ing. art.205
f. 20.295,"
Te verminderen wegens uitkeringen van an
dere gemeenten ing. titel VA L.O.wet 1920
Burgemees
f. 21.832,50
2150,--
f. 21.682,50.
ers van Prinsenbeek,
