som als van renten, zullen steeds kosteloos moeten geschieden ten
kantore van de ontvanger der gemeente Prinsenbeek vrij, zonder
enige korting, verrekening of vergelijking.
Artikel 16.
Zolang het verstrekte voorschot nog niet is afgelost, rusten
op de bouwer de volgende verplichtingen, waaraan, voorzover betreft
het bepaalde onder a, ten genoege van burgemeester en wethouders
moet worden voldaan:
a- hij moet de woning behoorlijk onderhouden^'
b hij zal de woning niet veranderen of afbreken noch haar bezwa
ren of er zakelijke rechten op vestigen zonder toestemming
van burgemeester en wethouders, die daaraan voorwaarden kunnen
verbinden;
c. hij moet de verschuldigde grond- en alle andere lasten tijdig
voldoen
Artikel 17-
1. De uitbetaling van de op de voet van deze regeling te verlenen
voorschotten geschiedt na overlegging van een betalingsmandaat
van de architect, onder wiens toezicht de bouw plaats heeft
en in de termijnen als in het bestek is bepaald.
2. Bij uitbetaling van het laatste gedeelte van het voorschot
vindt verrekening plaats van de tot op die dag verschenen rente
van de vroeger uitbetaalde gedeelten van het voorschot
Par.3. Bijzondere bepalingen, geldende bij waarborging van geld
leningen, verstrekt door derden.
Artikel 18.
1. De gemeente kan aan bouwkassen waarborgen de tijdige betaling
van rente en aflossing van geldleningen, door bouwkassen aan
bouwspaarders te verstrekken, en wel voorzover de te verstrek
ken geldlening het verschil tussen de stichtingskosten en rijks
premie niet overschrijdt en mits:
a van de bouwspaarder bij de bouwkas aanwezig is een spaarte
goed ten bedrage van tenminste 10% van het verschil tussen
de stichtingskosten en rijkspremie;
b. de bouwspaarder tenminste drie jaren deelnemer (spaarder)
is bij de bouwkas.
In bijzondere gevallen kan van de eis, hierboven genoemd
onder b, worden afgeweken.
2. De in het eerste lid bedoelde borgtocht wordt slechts verleend
indien en voorzover:
a. de geldlening door de bouwkas wordt verstrekt onder verband
van eerste hypotheek;
b. aan de geldlening tenminste de bedingen zijn verbonden, als
bedoeld in de artikelen 13 en 14;
c. de voor de geldlening verschuldigde rente niet hoger is dan
die, maximaal toegelaten volgens de normen door de regering
gesteld of nader te stellen ten aanzien van de voorwaarden
der leningen, ten laste van of geganandeerd door lagere
publiekrechtelijke lichamen;
d. de geldlening een looptijd heeft van niet meer dan 30 jaren
met een naar het oordeel van de raad bevredigende aflossings
regeling;
e de opslag voor de door de bouwkas in rekening te brengen
kosten niet meer bedraagt dan 1% per jaar, berekend over het
oorspronkelijke bedrae: der door de bouwkas verstrekte hypo
thecaire geldlening, met dien verstande, dat de borgtocht
zich in geen geval ®ver de aan de bouwkas te betalen kosten
uitstrekt.