het minimum der aan de functie verbonden wedde, extra
diensttijd toekennen. De bij benoeming toegekende wedde
wordt voor het verlenen van verdere periodieke verho
gingen beschouwd als te zijn verkregen door regelmatige
periodieke verhogingen na de daarvoor .gevorderde dienst
tijd.
4-. In bijzondere gevallen zijn Burgemeester en Wethouders
bevoegd aan ambtenaren der gemeente periodieke verhogin
gen vroeger toe te kennen dan in artikel 5 is bepaald.
Artikel 7»
1. Voor het geval, hetzij wegens onvoldoende bekwaamheid,
geschiktheid of onvoldoende dienstijver, hetzij wegens
straf periodieke verhogingen zijn onthouden, zullen
hetzij bij de desbetreffende beslissing anders is bepaald,
verdere periodieke verhogingen, zoveel later worden toe
gekend als deze onthouding heeft geduurd.
2. Indien door betrokkene daarna in eer dan voldoende
mate bekwaamheid, geschiktheid of dienstijver wordt be
toond, kunnen Burgemeester en Wethouders bepalen, dat de
nadelen aan deze onthouding verbonden, hetzij met terug
werkende kracht, hetzij voor de toekomst, geheel of ge
deeltelijk ongedaan worden gemaakt.
Artikel 8.
1. De tijd krachtens aanstelling in tijdelijke dienst der
gemeente doorgebracht en onmiddellijk gevolgd d.oor vaste
dienst in dezelfde betrekking, komt voor de toekenning van
periodieke verhogingen in aanmerking.
2. Indien tussen de tijdelijke en vaste dienst een kort
tijdsverloop is gelegen kunnen Burgemeester en Wethouders
bepalen, dat voor de toepassing van het eerste lid de
tijdelijke dienst geacht wordt aan te sluiten aan de
vaste dienst.
Artikel Jh
1. De periodieke verhogingen worden telkenjare toegekend
met ingang van 1 Januari.
2. Voor de toepassing van de eerste periodieke verhoging
bij ambtenaren, die in de loop van het jaar worden aan
gesteld, 'wordt de tijd welke verloopt vanef de dag, waar
op de aanstelling is ingegaan, tot 1 Januari daaraan
volgende als een vol jaar in rekening gebracht ofwel ge
heel buiten rekening gelaten al naar gelang die aanstel
ling of bevordering vóór 1 Juli dan wel op of na 1 Juli
is ingegaan.
HOOFDSTUK III. Emolumenten en toelagen.
Artikel 10.
Emolumenten 1. De gemeentebode heeft het genot van vrij gebruik der hem
en toelagen. aangewezen gemeentewoning met kosteloos gebruik van elec-
trische stroom voor verlichting, van water en van centra
le verwarming, zoals in zijn instructie is geregeld.
2. Wanneer hij voor het verrichten van werkzaamheden, welke
tot het normaal schoonhouden en verzorgen der centrale
verwarming behoren, personeel in dienst neemt, komen de
deswege verschuldigde arbeidslonen voor zijn rekening.