BIJLAGE no.153. De Raad der gemeente Prinsenbeek Gelezen het verzoekschrift van het Bestuur der bijzondere la gere meisjesschool te Prinsenbeek om vergoeding over het jaar 1954- als bedoeld in art.101 der L.O.wet 1920; Gezien de bij bovenbedoeld verzoek overgelegde bescheiden der over hetzelfde jaar door dat bestuur gedane uitgaven; Overwegende dat het bedrag der vergoeding als bedoeld in art.101 der L.O. wet 1920 voor het jaar 1954- bij de vaststelling der begroting voor dat jaar werd bepaald: voor het lager onderwijs op f.27,50 en voor het voortgezet lager onderwijs op f.32,50 per leerling; dat bij besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant dd. 22 September 1954-, G.nr.74-108 Sb, voornoemde bedragen in beroep nader v/erden vastgesteld respectievelijk op f.30,en f.40, dat het gemiddeld aantal leerlingen krachtens artikel 28 der L.O.wet 1920 over 1954 is te stellen: voor het gewoon lager onderwijs op 332 en voor het voortgezet lager onderwijs op 74-; HEEFT BESLOTEN: 1. Het bedrag der vergoeding over 1954 voor bovengenoemde school - vast te stellen: voor het gewoon lager onderwijs op 332 x f.30,f. 9960, voor het voortgezet gewoon lager onderwijs op 74 x f.40,— 2960,— Totaal op f.12920, 2. Het bedrag der voor vergoeding in aanmerking komende kosten op f.11158,33. Gedaan ter openbare vergadering van de raad der gemeente Prinsenbeek, op 12 April 1955. DE RAAD VOORNOEMD,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1955 | | pagina 19