BIJLAGE no.158.
De Raad der gemeente Prinsenbeek;
gelet op artikel 3 en artikel 4, respectievelijk van het Amb
tenarenreglement en van het Werkliedenreglement van de gemeente
Prinsenbeek;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 7 April
1955;
besluit:
vast te stellen de volgende
VERORDENING tot wijziging van de Salarisveror
dening Prinsenbeek 1954.
Artikel I.
1. Artikel 20 wordt gelezen als volgt:
1. Ten aanzien van de ambtenaar, die op 1 Januari 1954- een kin
dertoelage genoot, wordt gedurende het tijdvak van 1 Janu
ari 1954 tot 1 Juli 1955, in artikel 15 in plaats van "16
jaar" gelezen: "18 jaar"; voorts wordt de kindertoelage ge
durende dat jaar toegekend en beëindigd op het tijdstip,
waarop zij zou zijn toegekend of beëindigd ingevolge de
regeling, welke terzake op 31 December 1953 gold, tenzij die
regeling voor de ambtenaar ongunstiger is.
2. Te rekenen van 1 Juli 1955 tot uiterlijk 1 Januari I960
wordt op de voet van het bepaalde in de "Salarisverordening
1954 der gemeente Prinsenbeek" een tijdelijke kindertoe
lage en kindertoeslag toegekend aan de ambtenaar, die op
1 Januari 1954 in dienst van de gemeente was, ten behoeve
van de valide, niet-studerende kinderen van 16 en 17 jaar,
indien naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders vol
doende aannemelijk is, dat de ambtenaar die kinderen tot
zijn last heeft.
Artikel II.
Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden
op 1 Januari 1954.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente
Prinsenbeek in zijn openbare vergadering van
12 April 1955.
DE RAAD VOORNOEMD,