BIJLAC-E no. 247.
Prinsenbeek, 13 september 1956.
Aan de Raad.
Onderwerp
6% toelage.
Zoals U bekend is werd aan het gemeentepersoneel over
1955 een toelage toegekend van 3% van de jaarbezoldiging. Door
de regering zou in overleg met de ambtenarenbonden nader worden
bepaald, welke maatregelen voor 1956 nodig waren.
In afwijking van de voorstellen van de ambtenarenver-
enigingen besloot de regering tot toekenning van een toelage
van 6% met ingang van 1 september 1956. Ondanks de stijging
van de levensstandaard ten opzichte van 1955 besloot de regering
dus toch tot een lagere uitkering over 1956.
Met de ambtenarenverenigingen zijn de gemeentebe
sturen van oordeel, dat dit onredelijk regeringsbesluit niet
kan vrorden aanvaard. De gemeenteraden van meerd.ere gemeenten o.a.
Rotterdam en Breda, hebben daarom reeds besloten tot verder
gaande maatregelen en wel tot toekenning van een toelage van 6%
van de jaarbezoldiging met ingang van 1 juli 1956. Deze maat
regel beoogt dus alleen het gemeentepersoneel over 1956 een ge
lijke bezoldiging te doen genieten als over 1955.
De kosten aan deze toelage verbonden belopen in
totaal ongeveer f.1430,het een slechts f.475,meer is
dan de uitgaven, die het regeringsvoorstel zou vorderen.
Wij stellen U derhalve voor te besluiten tot toeken
ning aan het gemeentepersoneel van een toelage van 6% van de
jaarbezoldiging met ingang van 1 juli 1956.