v
BIJLAGE no.187.
De Raad der gemeente Prinsenbeek;
Gezien het voorstel van het Bestuur van het Instituut Ziek
tekostenvoorziening Ambtenaren (I.Z.A.) ten behoeve van het
Personeel, in dienst der gemeenten in Noord-Brabant dd. 21 decem
ber 1955» "tot wijziging van de Intercommunale IZ. A.-regeling in
Noord-Brabant
Gelet op zijn besluit dd. 30 maart 1954- tot toetreding tot
de Intercommunale IZ. A.-regeling Noord-Brabantgoedgekeurd
door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant bij besluit van
28 april 1954-, G.nr.82878;
Mede gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen;
de Intercommunale IZ.A.-regeling Noord-Brabant, zoals deze
is vastgesteld door de Raden der gemeenten Boxtel, Eindhoven,
s-Hertogenbosch, Hilvarenbeek, Nieuw-Ginneken, ^isterwijk, Oss,
Waalwijk en V/ijk en Aalburg, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten
van Noord-Brabant bij besluit van 6 mei 1953» G.nr.57850 en
bekend gemaakt in de Nederlandse Staatscourant van 26 mei 1953»
te wijzigen in dier voege, dat artikel 11, te rekenen vanaf
1 januari 1956, wordt gelezén als volgt:
1. Elke gemeente stort maandelijks in de kas van het instituut
een bedrag gelijk aan het totale bedrag der in het eerste
lid van het vorig artikel bedoelde bijdrage der deelnemers,
of zoveel meer als naar het oordeel vah het. bestuur van het
Instituut nodig is om een sluitende begroting te verkrijgen,
met dien verstande, dat van de gemeenten geen hogere bijdrage
mag worden gevraagd dan 25% boven de bijdrage der deelnemers.
2. Bovendien stort de gemeente driemaandelijks in de kas van het
instituut een bedrag, gelijk aan de storting, bedoeld in arti
kel 10, tweede lid, voor elke pensioengenietendedie na het
verlaten van haar dienst deelnemer is gebleven, of zoveel meer
als naar het oordeel van het bestuur van het instituut op
grond van het bepaalde in het vorige lid boven de bijdrage
der deelnemers nodig is".
besluit:
"Artikel 11
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente
Prinsenbeek in zijn openbare vergadering van
25 januari 1956.
DE RAAD VOORNOEMD,
Voorzitter.
ecretaris
aris