BIJLAGE no.198.
De Raad der gemeente Prinsenbeek;
Gelezen het verzoekschrift van het bestuur der bijzondere
lagere meisjesschool te Prinsenbeek, om vergoeding over het jaar
1955» als bedoeld in art.101 der L.O.wet 1920;
Gezien de bij bovenbedoeld verzoek overgelegde bescheiden
der over hetzelfde jaar door dat bestuur gedane uitgaven;
Overwegende
dat het bedrag der vergoeding als bedoeld in art.101 der
L.O.wet 1920 voor het jaar 1955 bij de vaststelling der begroting
voor dat jaar werd bepaald: voor het gewoon lager onderwijs op
f.30,en voor let voortgezet gewoon lager onderwijs op f.40,
per leerling;
dat het gemiddeld aantal leerlingen krachtens artikel 28
der L.O.wet 1920 over 1955 is te stellen: voor het gewoon lager onder
wijs op 347 en voor het voortgezet gewoon lager onderwijs op 70;
HEEFT BESLOTEN:
1. het bedrag der vergoeding over 1955 voor bovengenoemde school
vast te stellen:
voor het gewoon lager onderwijs op 347 x f.30,is f. 10410,
voor het voortgezet gew.lager onderw.op 70 x f.40,is 2800,--
Totaal opf. 13210,
2. Het bedrag der voor vergoeding in aanmerking komende kosten op
f. 14351,74.
Gedaan ter openbare vergadering van de raad
der gemeente Prinsenbeek, op 20 maart 1956.
DE RAAD VOORNOEMD,
Voorzitter.
cretaris.