BIJLAGE no.200. De Raad der gemeente Prinsenbeek Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 8 maart 1956; Gelet op artikel 21 van de Besmettelijke Ziektewet Sthl.1928, nr.265; besluit: vast te stellen de navolgende verordening: VERORDENING tot wijziging van de Verordening op de heffing en invord.ering van rechten, bedoeld in ar tikel 21 der Besmettelijke Ziektewet Stbl.1928, nr.265 voor door of vanwege de gemeente verrichte diensten dd. 13 december 1947/31 januari 1948, sedert gewijzigd. Artikel 1. Artikel 3 der verordening wordt gelezen als volgt: Als bijdrage in, of vergoeding van de kosten, in het vorig artikel bedoeld, worden van de belanghebbenden voor zover de maatregelen zijn genomen op last van de Burgemeester van Prinsenbeek, de navol gende rechten geheven, voor welker berekening tot grondslag word.t genomen de schoolgeldmaatstaf, als bedoeld in artikel 7 van de Schoolgeldwet van 20 mei 1955, Stbl.223; bij een schoolgeldmaatstaf van minder dan f.26,nihil f. 26,of meer, doch minder dan f.105,10 105,— 164,— 15 164,— 243,— 25 243,— u 342,— 40% 342,— 443,— 60 443,— 557,— 80 557,— 100 der kosten. Belanghebbenden worden als schoolgeldplichtigen beschouwd in het schoolgeldjaar, dat op 1 september is aangevangen en lopende is op het tijdstip, waarop de in artikel 2 bedoelde verrichtingen plaats vinden of een aanvang heb en gemaakt. Artikel _2. Deze verordening treedt in werking op de eerste d.ag der maand volgende op de datum van goedkeuring van deze verordening door de Kroon. Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 30