BIJLAGE no.208.
De Raad der gemeente Prinsenbeek;
overwegende, dat de woning plaatselijk gemerkt Patrijs
pad 2, staande op het perceel, kadastraal bekend in deze gemeente,
sectie E. nr.2171, eigendom van Jac.Foesenek, wonende alhier,
Patrijspad. 2, onbewoonbaar is;
dat deze woning de twee voorafgaande jaren onafgebroken
door de bovengenoemde eigenaar is bewoond;
dat uit een door Bouwtoezicht West-Brabant te Breda
ingesteld onderzoek is gebleken, dat:
le. de woning in onderdelen slecht onderhouden en vervallen is;
2e. de woning vochtig is, terwijl bepaalde vertrekken onvol
doende licht- en luchttoetreding hebben;
3e. de vertrekken een rreringe verdiepingshoogte hebben, ter
wijl verschillende scheidingswanden in hout zijn uitge
voerd;
4e. de zolder slecht is, terv/ijl de toegang daartoe geheel on
voldoende is;
5e. in de woning nog bedsteden aanwezig zijn;
6e. de privaat onvoldoende is;
dat de woning mitsdien ongeschikt is ter bewoning en
niet door het aanbrengen van verbeteringen in bewoonbare staat
kan worden gebracht.
gezien het advies van de wnd. Inspecteur van de Volks
gezondheid te s-Hertogenbosch dd. 15 februari 1956, no.
0215742/Hx;
gelet op artikel 25 en volgende der Woningwet;
besluit
1. bovengenoemde woning Patrijspad 2 onbewoonbaar te verklaren;
2. te bepalen, dat, behoud_ens nadere beslissing, ontruiming
niet behoeft plaats te vinden, zolang de bewoning door Jac.
Foesenek, voorhoe d, als eigenaar voortduurt.
Aldus vastgesteld door de raad. der gemeente
Prinsenbeek in zijn openbare vergadering van
11 aoril 1956.
DE RAAD VOORNOEMD,
oorzitter
-ecretari:
