BIJLAGE no.236.
Prinsenbeek, 27 september 1956.
Aan de Raad.
Onderwerp:
Voorstel tot aanvulling van de
Legesverordening i.v.m. de Wet
van 28 juni 1956 S.nummer 385.
Krachtens de op 15 augustus j.l. in werking getreden Wet
van 28 juni 1956 S 385. strekkende onder meer tot wijziging van
de Wet op de Vervreemding van Landbouwgrondenzijn Burgemeester
en Wethouders bevoegd een tweetal verklaringen af te geven in
het belang van de verkrijger van land.
Artikel 13 eist een verklaring van Burgemeester en Wet
houders, waaruit blijkt, dat geen geldende bestemmingsregeling
zich tegen het gebruiken of doen gebruiken van land voor andere
dan landbouwkundige doeleinden verzet.
Artikel 29 a bepaalt, dat overschrijving in de openbare
registers van een akte, houdende een overeenkomst tot overdracht
van onroerend goed of van een overeenkomst tot vestiging, over
dracht enz. van een zakelijk recht op zodanig onroerend goed,
niet plaats vindt, dan nadat uit een verklaring van Burgemeester
en Wethouders gebleken is, dat het betrokken onroerend goed geen
land is in de zin van de wet op de Vervreemding van Landbouwgronden.
Wij zijn van mening, dat de gemeente voor het afgeven
van zodanige verklaringen een vergoeding dient te heffen in de
vorm van leges wegens de hieraan verbonden kosten.
Aangetekend zij hierbij, dat bedoelde wet geen bepaling
inhoud.t, op grond waarvan het verboden is leges te heffen van-
stukken, welke ingevolge deze wet moeten worden afgegeven.
Men mag aannemen, dat het afgeven van bedoelde verklaringen
geen omvangrijk werk met zich meebrengt, maar niettemin zal het
toch voor kunnen komen, dat in bepaalde gevallen, alvorens een
verklaring af te kunnen geven, eerst plaatselijke opneming van het
land noodzakelijk zal blijken.
Daarom lijkt het ons, dat het tarief ad f.1,genoemd
in artikel 1 onder B van de in deze gemeente vigerende legesver
ordening, hetwelk geheven wordt voor een verklaring, die in het
bijzonder belang der betrokken personen wordt opgemaakt, te zeer
aan de lage kant is.
Rekening houdend voorts met het feit, dat tevoren zeer
moeilijk kan worden nagegaan, welke werkzaamheden hieraan verbonden
zullen zijn, stellen wij U voor de legesverordening met de na
volgende bepaling aan te vullen:
"Voor verklaringen, afgegeven ingevolge de artikelen 13 en
29a der Wet op de Vervreemding van Landbouwgronden Stbl.